Om als consument te worden beschouwd, moet 75% of meer van de aandelen in de gemeenschappelijke delen van de VME zijn toebedeeld aan kavels zonder professionele bestemming volgens de statuten van mede-eigendom.

VME's die als consument worden beschouwd, kunnen nu een beroep doen op de onrechtmatige bedingenleer voor consumenten, wat een belangrijke bescherming biedt.

 

Praktijkvoorbeeld: Indien u als aannemer een contract voor bepaalde duur aangaat voor het onderhoud van de liften in het gebouw, was het voorheen mogelijk om een stilzwijgende verlenging van dit contract te voorzien, wat in principe geldig was. Met de nieuwe wet waarin de VME de bescherming van een consument geniet, heeft een VME nu de mogelijkheid om dit contract na de stilzwijgende verlenging op elk moment op te zeggen, met een opzegtermijn van maximaal twee maanden.

Bovendien werd er geen overgangsbepaling voorzien, zodat de wet ook geldt contracten die reeds liepen voor deze wetswijziging!

In het geval dat een VME als onderneming wordt beschouwd, zijn er ook beperkingen opgenomen in het WER. Het is daarom essentieel voor zowel bedrijven als VME's om te controleren of de VME al dan niet kan genieten van consumentenbescherming, omdat dit van invloed kan zijn op de geldigheid van contractuele bedingen.

Het cruciale criterium om te bepalen of een VME consumentenbescherming geniet, is of een kavel al dan niet kan worden gebruikt voor een professionele bestemming zoals vermeld in de statuten. De mogelijkheid moet dus voorzien zijn in de statuten, wat niet betekent dat de kavel effectief ook professioneel uitgebaat moet worden. 

Praktijkvoorbeeld: Stel je voor dat een VME een appartementsgebouw beheert met zowel residentiële eenheden als commerciële ruimtes op de begane grond. Als meer dan 75% van de gemeenschappelijke delen van het gebouw zijn toebedeeld aan residentiële eenheden zonder commerciële bestemming volgens de statuten, zou de VME in aanmerking kunnen komen voor consumentenbescherming. Echter, als een aanzienlijk deel (zijnde meer dan 25%) van de gemeenschappelijke delen kan worden gebruikt voor commerciële doeleinden, kan de VME worden beschouwd als een onderneming en kan de situatie anders worden beoordeeld in termen van consumentenbescherming.

Veel statuten van appartementsgebouwen bevatten clausules die aangeven dat de appartementen ook gebruikt kunnen worden voor de uitoefening van een vrij beroep. Hierdoor kunnen deze kavels inderdaad een professionele bestemming hebben. Dit betekent dat voortaan de betreffende vereniging van mede-eigenaars mogelijk niet meer in aanmerking komt voor de consumentenbescherming zoals beschreven in hoofdstuk 6 van het WER.

Met de recente wetswijziging worden ongewenste gevolgen van VME's als ondernemingen aangepakt. Dit betekent dat VME's in sommige gevallen als consumenten kunnen worden beschouwd, waardoor de keuze van de rechtbank voor geschillen verandert.

Deze wijziging van het WER trad reeds in werking op 31 maart 2024, waardoor VME’s sindsdien onder bepaalde voorwaarden kunnen profiteren van consumentenbescherming. Het is dus van groot belang om de hoedanigheid van een VME als onderneming of consument te bepalen om onder meer de juiste rechtbank te vatten in het geval dat nodig zou zijn.